Hoe we omgaan met rouw en verlies is voor elk van ons anders. Ook mensen met een beperking kunnen heel verscheiden reageren op het verlies van een dierbare. De emotionele gevolgen kunnen groot zijn. Mensen met een beperking hebben dan ook heel veel steun nodig van de mensen in hun omgeving. Hoe kan je hen best steunen?
Mensen met een ernstige verstandelijke handicap zijn zich vaak niet bewust van de dood. Toch merken ze dat er iets veranderd is na een overlijden. De sfeer is veranderd, hun dagelijks leven en routine is gewijzigd, ze zien de overledene niet meer…
Greet Demey is Kwaliteitscoördinator bij de vzw Kompas, dat in Sint-Kruis-Winkel 45 mensen met een beperking begeleidt. Ze is ook gespecialiseerd in rouw bij mensen met een beperking en onderstreept het belang om hen te betrekken bij het afscheid: ‘Het ondersteunen van onze bewoners in rouw is één van de taken van onze begeleiders. Wij vinden het belangrijk om onze cliënten voldoende tijd en ruimte te geven. Om samen met hen naar het kerkhof te gaan, te gaan groeten en het netwerk te bespreken of een cliënt iets kan betekenen bij de uitvaart. Bijvoorbeeld via het kiezen van een foto voor het gedenkprentje, een tekening te maken die mee kan in de kist,…’
Bij mensen met een ernstig verstandelijke handicap lopen fantasie en werkelijkheid door elkaar. Daarom is het belangrijk om alles zo concreet mogelijk voor hen te maken om te voorkomen dat ze zichzelf zaken gaan inbeelden. Greet Demey: ‘We merken dat mensen met een beperking soms zeer praktische vragen kunnen stellen na een overlijden. Wie zal er nu in de kamer slapen, bijvoorbeeld. Of hoe warm wordt een crematieoven? Als begeleider gaan we geen van deze zaken uit de weg maar geven we info op maat van het ontwikkelingsniveau van de cliënt.’
Wat als je zelf het antwoord niet kent? ‘Het aangepast antwoord geven op elke vraag en durven benoemen dat je iets niet weet is ook helemaal oké. Het is al heel veel waard als je beschikbaar bent om de dingen samen te ervaren en het onderwerp dood en rouw niet uit de weg gaat.’
Je kan ook proberen te helpen op een zintuiglijke manier. Bijvoorbeeld door een herinneringsplekje in te richten. Greet Demey: ‘Bij Kompas hebben we zo, mede dankzij de steun van het DELA Fonds, een troosttuin ingericht. Onze bewoners kunnen er in alle rust (leren) rouwen en omgaan met verdriet. In de tuin met veel bloemen en planten kunnen ze zelf knutselen, bellenblazen, in een hangmat even herinneringen ophalen of briefjes achterlaten voor hun geliefden.’
De medewerkers van de uitvaartcentra van DELA kunnen ook ondersteuning en tips geven hoe je mensen met een beperking bij een uitvaart kan betrekken. DELA Uitvaartondernemer Koen De Swerdt deelt zijn ervaring: ‘We verzorgden de uitvaart van één van twee broers die allebei in een instellingen verbleven voor mensen met een beperking. De begeleiders van de instelling kwamen op regelgesprek en de broer mocht mee; hij mocht de kist kiezen. Maar hij kon het allemaal niet bevatten en zijn verdriet was heel intens. Ik heb hem toen één van onze knuffelhartjes toegestopt. ‘Hier is een warm hart voor je’, zei ik. ’Hou het dichtbij en knijp erin telkens je aan je broer denkt. Zo geef je hem telkens een dikke knuffel…’